Op basis van de informatie waarover het Parlementair Comité belast met de wetsevaluatie beschikt (verzoekschriften – rechtspraak – verslagen), start het Comité zijn onderzoek. De procedure verloopt als volgt:
Het Parlementair Comité belast met de wetsevaluatie begint zijn werkzaamheden met een verkennende fase waarbij het overleg pleegt met de verschillende betrokkenen. Het wint dus informatie in bij de commissies van Kamer en Senaat en bij de bevoegde minister.
Die fase stelt het Comité in staat vast te stellen of het om een gekend probleem gaat en of er al initiatieven werden genomen om tot een oplossing te komen.
Het is bijvoorbeeld denkbaar dat de minister al een wetsontwerp aan het voorbereiden is of dat een commissie al een beslissing heeft genomen over het probleem.
-
Evaluatie door de parlementaire commissies of de minister
Als het Comité op het einde van de verkennende fase vaststelt dat er al een evaluatie aan de gang is, of op stapel staat, dan vraagt het om hierover op de hoogte te worden gehouden.
In dat geval verloopt de evaluatie volgens de normale wetgevende procedure in de Kamer van volksvertegenwoordigers en de Senaat. Dit kan eventueel leiden tot een wetswijziging.
-
Evaluatie door het Comité
Indien het Comité tijdens de verkennende fase vaststelt dat noch de kamercommissies, noch de commissies van de Senaat, noch de bevoegde minister van plan zijn het probleem te onderzoeken, dan kan het zelf overgaan tot de evaluatie.
Daartoe kan het bijvoorbeeld
- een beroep doen op deskundigen,
- een rondvraag doen bij de diensten die belast zijn met de toepassing van de betreffende wet, bij de beroepen waarop ze van toepassing is of bij belanghebbenden
- hoorzittingen houden
- de bevoegde minister bevragen
- …
Na de evaluatie publiceert het Comité zijn opmerkingen onder de vorm van een verslag dat wordt overgezonden aan de Kamer van volksvertegenwoordigers, de Senaat en de bevoegde minister.
Het Comité is niet gemachtigd om wetgevend op te treden. Het kan dus niet zelf de betreffende wet wijzigen, ook al blijkt uit de evaluatie dat een dergelijke wijziging wenselijk zou zijn.
Het kan bij zijn verslag, bij consensus, een
voorstel van tekst voegen ( «
een voorstel van wetgevend initiatief »), maar om vervolgens te worden goedgekeurd, moet dit initiatief in de vorm van een wetsontwerp of wetsvoorstel worden ingediend, volgens de in Kamer en Senaat gangbare wetgevende procedure.